Over God, goden en mensen: De Civitate Dei van Augustinus
Augustinus (354-430) wordt wel gezien als de belangrijkste kerkvader van het westen. Met een been in de klassieke oudheid en een in de christelijke middeleeuwen, schreef hij het monumentale De Civitate Dei naar aanleiding van de val van de stad Rome. Germaanse stammen onder leiding van Alarik I hadden in 410 de “Eeuwige Stad” geplunderd en velen vroegen zich af of dit niet te wijten was aan de opkomst van het christendom. Had deze nieuwe religie het keizerrijk niet ondermijnd? Maar ook aan christelijke zijde was men geschokt: hoe kon God dit toestaan?
Augustinus ontvouwt in dit werk een grootse visie op de geschiedenis, met als centrale thema de tegenstelling tussen de stad van de mens en de stad van God. Zijn uitwerking van deze tegenstelling is eeuwenlang van grote invloed geweest op het Europese denken over de verhouding tussen kerk en staat.
Het boek is daarmee een apologie van het christendom, maar vanuit dat perspectief mengt Augustinus zich in een breed scala aan filosofische, theologische en politieke twisten. Met een haast encyclopedische breedte, biedt het boek de lezer aanleiding om over een breed scala aan onderwerpen na te denken: de (on)rechtvaardigheid van oorlog en imperialisme; het bestaan van de vrije wil; de verhouding tussen kunst en religie; de vraag of de mens van nature goed of slecht is; de sociale dimensie van religie; doel en richting van de geschiedenis, et cetera. Met de tekst als leidraad bespreek je in deze collegereeks deze thema’s en vragen. Dit college wordt gegeven in seminarstijl in combinatie met close reading van cruciale passages uit dit monumentale boek.
Let op: Goede kandidaten kunnen een beurs aanvragen voor het volgen van dit vak. Lees hier meer over onze beurzen. Lees hier meer over onze beurzen.